Marktaandeel schone energie in EU groeit, maar steeds trager

In 2018 waren hernieuwbare energiebronnen goed voor 18 procent van de totale energieconsumptie in de Europese Unie. Dat is een stijging met 0,5 procentpunt tegenover 2017 en meer dan het dubbele van het aandeel in 2004, stelt Eurostat.

Twaalf lidstaten halen hun doelstellingen voor 2020, maar de EU als geheel doet dat voorlopig niet: de Unie nam zich voor om tegen 2020 minstens 20 procent te halen en tegen 2030 zelfs 32 procent.

Zweden is de beste leerling in de klas met een marktaandeel voor schone energie van 54,6 procent. Zweden wordt gevolgd door Finland (41,2 procent), Letland (40,3), Denemarken (36,1) en Oostenrijk (33,4).

België behoort samen met Nederland en Luxemburg tot de achterhoede: België haalde in 2018 amper 9,4 procent, Nederland 7,4 procent en Luxemburg 9,1 procent.

Extra inspanningen

Klimaatorganisatie CAN Europe is blij dat het marktaandeel van hernieuwbare energie blijft groeien maar wijst er op dat die onvoldoende is om de doelstelling van 20 procent tegen 2020 te halen. De groei vertraagt ook, waardoor de doelstelling van 32 procent tegen 2030 in het gedrang komt. Bovendien is de kans groot dat die doelstelling nog wordt aangescherpt als de EU nieuwe klimaatdoelstellingen vastlegt.

“Het aandeel van hernieuwbare energie blijft stijgen maar het huidige groeipad is stoom aan het verliezen”, zegt Veerle Dossche van CAN Europe. “Europese leiders moeten dit aanpakken en hun beloftes omzetten in tastbare beleidsmaatregelen die investeringen verschuiven van fossiele brandstoffen naar 100 procent hernieuwbare energiesystemen. Dit is nog meer nodig nu we drastische uitstootreducties nodig hebben op korte termijn om de klimaatverandering onder de 1,5 graden te houden.”